Reactie
Antje Bömer

…naar de distelvlinder op een Haaklelie.
Weer terug in de knollentuin. Het heeft allemaal wat langer geduurd, maar de zomer staat niet stil. Als je van een afstandje hebt toegekeken, is het zeer groeizaam weer geweest. Dan is het zeker beter om je niet stuk te lopen op een achterstand van acht weken en iedere dag een beetje van alles te doen. Tuinieren is leuk en moet zo blijven
Ons zitje was helemaal overgroeid en bijna niet van het grasveld te onderscheiden, zelfs te hoog om te maaien. De tuinposter was niet meer te zien. De jonge loten van de Tamarisk sloegen als plaaggeesten heftig van zich af om me uit het Engelse hoekje op het zuiden te houden. De Schijnhazelaar (Corylopsis pauciflora) en de Parelstruik (Exochorda x macrantha) hingen als poetsborstels in vol bedrijf uit een wasstraat over het toch al smalle pad. Om een foto te schieten van onze ‘Twister’ moest ik een natte broek op de koop toe nemen. Die klusjes stonden wel boven aan lijst en de kop is eraf.
De eenjarige hebben het goed gedaan en nog. Zij konden zich letterlijk bedruipen met dank aan de matige zomer. In de kas is de start van de bloei een maand eerder dan vorig jaar, met grote verschillen: de Libische cyclamen die veel warmte nodig hebben (bloemen zijn van 2020), kregen het dit jaar niet en bloeien maar met mate, bijna alleen blad. De Georgische soort (in plastic pot) die van koeler weer houdt daarentegen doet het opperbest.
Verder valt er nog genoeg van kleur te genieten. Topper bij ons is nu de Ruit (Thalictrum dipterocarpum die met zijn roze pluimen overal bovenuit zwaait. De nieuwsgierige Kattenstaarten staan weer eens tegen de grasrand aan. Die krijgen straks een lintje en moeten in het najaar weer achter aansluiten. En de pollen van Iris sibirica moeten worden teruggezet… en…