Vera benadrukt het belang van biodiversiteit, langdurige bloei en een slimme plantkeuze voor maximale oogst en sierwaarde. Ontdek hoe je met de juiste planten en indeling een compacte, eetbare bostuin aanlegt die aantrekkelijk is voor mens, bij en bodemleven.
Verschil voedselbos en eetbare bostuin
Het verschil tussen een voedselbos en een eetbare bostuin zit ’m in de schaal, weet Vera Greutink. “Er zijn mensen die zeggen dat je het pas een voedselbos mag noemen als het groter dan 1 hectare is. Ik vind het jammer om het zo te presenteren. Ik zeg soms gewoon voedselbos op kleine schaal.” Bij beide is het principe hetzelfde, zegt ze. “Je neemt het natuurlijke ecosysteem van een bos als uitgangspunt en daarin ga je verschillende lagen vullen met planten die eetbare delen hebben of waar je op een andere manier gebruik van kunt maken, zoals geneeskruiden. Waar het mij om gaat, is dat je het principe ook kunt toepassen in een kleine tuin, alleen moet je dan het aantal lagen evenredig aanpassen. Grote bomen als de tamme kastanje kun je niet kwijt, dus de grotebomenlaag vervalt. Heb je een heel kleine tuin, dan kun je met kleinfruit en klimplanten tegen muren en schuttingen werken. De kruidlaag is dan meestal het meest gevarieerd.”
Eetbare bostuin met veel planten
Bij een eetbare bostuin kijk je in eerste instantie naar de oogst. Vera: “De biodiversiteit ontstaat vanzelf omdat je zoveel verschillende planten bij elkaar zet. Hoe meer planten, hoe meer diversiteit. Dat heeft in kleine tuinen een grote meerwaarde. Er zijn meer verschillende insecten en ook het bodemleven wordt hierdoor gestimuleerd. Ik verbaas me er altijd over hoeveel effect zelfs één plant kan hebben; insecten weten hem toch te vinden. Als bij ons de dropplant bloeit, zit-ie vol met bijen en hommels.”
Rek het bloeiseizoen
Vera raadt aan om het bloeiseizoen zo lang mogelijk te rekken, dat doet ze in haar eigen tuin ook. “Ik probeer altijd iets in bloei te hebben in het seizoen. Bestuivers hebben ook voor en na de bloei van de fruitbomen in maart en april nectar en stuifmeel nodig. Dus ik zorg voor zowel bloeiende voorjaarsbollen als iets dat laat in het jaar bloeit, bijvoorbeeld een aster. Als je uitsluitend eetbare planten in je tuin wilt, probeer dan zo’n groot mogelijke variatie te kiezen. Daarmee wordt je oogst mooi verspreid over het hele seizoen en het komt ook de biodiversiteit ten goede.” Ze heeft ook een aantal tips. “Probeer zo veel mogelijk planten in het echt te bekijken, zodat je een gevoel krijgt bij hoe groot ze worden. En denk bij bomen en struiken goed na over de plaatsing, bijvoorbeeld over hoeveel schaduw ze straks gaan geven in de rest van de tuin. Dus de juiste plant op de juiste plek.”
Acht planten van kruidlaag tot boom
Deze acht zijn géén recept voor een voedselbos, benadrukt Vera. “Voor een kleine tuin kun je misschien maar één of twee van de genoemde kleine bomen en grote struiken kiezen, maar er passen vast meerdere kleine fruitstruiken naast, zoals kruisbes of honingbes. In de kruidlaag kunnen wel 20 tot 30 planten, zelfs in een kleine tuin. Ik heb planten gekozen die extra sierwaarde hebben, want als je een kleine tuin hebt wil je natuurlijk ook dat het er leuk uitziet.”
Uit: Groei & Bloei juni 2025
Tekst (bewerkt) Janneke Klunder
Beeld: Vera Greutink e.a.
FAQ eetbare bostuin
Wat is het verschil tussen een voedselbos en een eetbare bostuin?
Een voedselbos is vaak groter dan 1 hectare, terwijl een eetbare bostuin geschikt is voor kleinere tuinen. Beide gebruiken het principe van lagen met eetbare planten.
Kan ik een eetbare bostuin aanleggen in een kleine tuin?
Ja, ook in een kleine tuin kun je een eetbare bostuin aanleggen door slim te kiezen voor kleinfruit, klimplanten en een gevarieerde kruidlaag.
Welke planten zijn geschikt voor een eetbare bostuin?
Geschikte planten zijn o.a. honingbes, kruisbes, dropplant, aster en andere kruiden die zowel eetbaar als aantrekkelijk voor insecten zijn.
How-to (stap voor stap eetbare bostuin aanleggen)
Hoe leg je een eetbare bostuin aan in een kleine tuin?
- Kies een zonnige of halfschaduwrijke plek
- Selecteer een plek met voldoende licht voor eetbare planten zoals kleinfruit, kruiden en klimplanten
- Werk met lagen
- Vervang de grote bomenlaag door struiken of klimplanten
- Voeg een kruidlaag toe met eetbare, bloeiende planten
- Zorg voor spreiding in bloei en oogst
- Kies planten met verschillende bloeitijden om bestuivers te helpen en de oogst te spreiden over het seizoen
- Denk na over plantplaatsing: let op hoogte, schaduwvorming en uiteindelijke grootte van bomen en struiken bij het inplanten

1. Halesia carolina
De sneeuwklokjesboom wordt vooral om zijn sierwaarde gewaardeerd, hij is prachtig met een mooie bloei. De bloemen lijken op sneeuwklokjes. Heel goede dracht- en bijenplant. De vruchten zijn eetbaar, dat weten veel mensen niet. De groene, 2-3 centimeter lange vruchten moet je plukken terwijl ze nog onrijp zijn, in juni. Anders worden ze taai en kun je ze niet meer eten. Ze smaken een beetje naar komkommer, heel leuk. Je kunt ze vers van de boom eten.
- Plus: de sierwaarde en relatief makkelijke plant die weinig belagers heeft.
- Min: wordt te groot voor een heel kleine tuin.
- Groeiwijze: kleine, meerstammige boom, rond 4 m hoog.
- Laag: boomlaag.

2. Arbutus unedo ‘Compacta’
Aardbeiboom is een relatief kleine, wintergroene boom die snoei goed verdraagt. Bloeit in oktober-november en draagt tegelijkertijd zijn rood-oranje vruchten, dat is heel laat voor een fruitboom. De bloei van dit jaar zal volgend jaar vruchten geven. Die zijn flauwzoet; niet bijzonder, maar ik vind het wel leuk om ervan te snoepen.
- Plus: makkelijke plant, nagenoeg geen belagers in ons klimaat (behalve vogels).
- Min: tijdens een koude winter (-15 °C) kan hij beschadigen, beschut in de achtertuin is dat onwaarschijnlijk.
- Groeiwijze: relatief kleine boom, rond 3 m hoog.
- Laag: boomlaag.

3. Malus domestica ‘Redlove Calypso’
‘Appel is mijn lievelingsvrucht. Dit is een bijzonder ras. Het heeft extra sierwaarde want de vruchten hebben rood vruchtvlees en ook de bloesem in april heeft een donkerroze kleur. In het blad zie je ook een beetje rode tinten. De smaak van deze aromatische appel is bijzonder, een beetje als bessen. Echt een afwijkende smaak. En je krijgt roze appelmoes of appelsap. Het is een vrij nieuw ras met een goede schurftresistentie.’
- Plus: zijn sierwaarde, schurftresistentie en er komen veel bijen op af.
- Min: geen.
- Groeiwijze: als laagstam slechts zo’n 2,5 m hoog.
- Laag: boomlaag.

4. Elaeagnus umbellata ‘Amber’
Olijfwilgen zijn goede bijenplanten, ook al bloeien ze niet spectaculair. Deze olijfwilg heeft eetbare vruchten, die rijpen in september-oktober. Dat de bessen geel zijn, is de reden dat ik hem heb gekozen. Ze worden gegeten door vogels, maar ik merk dat ’t bij de gele rassen minder is dan bij de rode. Bij olijfwilg heb je meerdere rassen nodig voor kruisbestuiving. Bijvoorbeeld Elaeagnus umbellata ‘Sweet ’n Tart’ kan met ‘Amber’, dan gaan ze het allebei doen. Ik plant ‘Amber’ graag omdat het een stikstofbinder is. Als je stikstofbindende planten in de buurt van fruitbomen zet, vergroot je hun vruchtdracht. Een soort bemesting zonder dat je iets hoeft te doen.
- Plus: de oogst en de stikstofbinding.
- Min: groeit wat rommelig, is een vrij brede struik.
- Groeiwijze: breed groeiende struik, circa 3 m hoog.
- Laag: boomlaag.

5. Rubus occidentalis ‘Black Jewel'
Zwarte framboos is een voorbeeld van een plant die het goed doet in ons klimaat, maar oorspronkelijk uit Noord-Amerika komt. ‘Black Jewel’ heb ik gekozen omdat-ie extra sierwaarde heeft, met heel mooie paarse takken. En ik vind de vruchten lekker, lekkerder dan die van braam of framboos. Ze zijn steviger en aromatischer dan de rode framboos. Een goede bijenplant. Hij maakt takken van 5-6 meter dus je moet hem wel leiden, bijvoorbeeld tegen een schutting of pergola.
- Plus: de smaak en de extra sierwaarde.
- Min: verdraagt flinke vorst (-15 °C) minder goed dan de braam.
- Groeiwijze: zoals braam, geen ondergrondse uitlopers.
- Laag: klimplant.

6. Ribes rubrum 'Rosa Sport'
Aalbes is goed voor de bijen, maar vogels eten de bessen ook graag. Waardplant voor best veel rupsen, de bonte bessenvlinder en bessenglasvlinder leggen er eitjes op. Dus goed voor de biodiversiteit, maar wel een probleem voor de struik. De rupsen kunnen de plant echt kaalvreten, dat verzwakt de plant. Aalbessen doen het prima in halfschaduw, dus goed te combineren met fruitbomen of in een stadstuin met wat minder zon. In diepere schaduw dragen ze minder vruchten die minder zoet zijn. In vind roze aalbessen, zoals deze ‘Rosa Sport’, de lekkerste om van de struik te snoepen. De witte zijn zoeter, de rode zuurder.
- Plus: de smaak ten opzichte van andere aalbesrassen, schaduwtolerant, goede bijenplant.
- Min: vatbaar voor rupsen.
- Groeiwijze: kleine struik tot 1,5 m hoog.
- Laag: kleine struiken.

7. Tanacetum vulgare
‘Boerenwormkruid is een waardplant voor best wat vlinders, de boerenwormkruidblindwants en de wormkruidbij. Best specifieke soorten die op deze plant afkomen. Trekt nuttige insecten aan - een van de functies voor een voedselbos - zoals zweefvliegen en lieveheersbeestjes. Je kunt boerenwormkruid in het voorjaar in niet al te grote hoeveelheden eten, bijvoorbeeld in een omelet. Heeft een vrij specifieke smaak, die zal niet iedereen waarderen. Het wordt ook als geneesmiddel gebruikt voor het verdrijven van wormen, daar komt de naam vandaan. Ook is het een zogenaamde voedingsstoffenpomp (vooral een bron van kalium), een reden om hem nabij fruitbomen te planten.’
- Plus: de hoeveelheid beestjes die eropaf komt, voedingsstoffenpomp.
- Min: kan een beetje woekeren.
- Groeiwijze: vaste plant, circa 1 m hoog.
- Laag: kruidlaag.

8.Levisticum officinale
Lavas of maggikruid is voor mij een grootmoederskruid, omdat mijn oma het in de tuin had. Het smaakt een beetje naar bouillonblokjes, dus je kunt het in bases van soepen en stoofpotten gebruiken. Wat voor mij belangrijk is, is dat het een goede plant is voor het aantrekken van nuttige insecten, zoals zweefvliegen en lieveheersbeestjes. Het is een waardplant voor de koninginnenpage, dat is leuk. Lavas is een makkelijke plant, ik zet deze vaak in fruitboomgildes. Qua oogst heb je aan één plant genoeg.
- Plus: trekt nuttige insecten aan.
- Min: zaait zich wat uit maar is geen plaag.
- Groeiwijze: vast kruid, tot 1,5 m hoog.
- Laag: kruidlaag.
foto: iStock

Vera Greutink
Vera Greutink is (moes)tuinier en ervaringsdeskundige op gebied van permacultuur(ontwerp) en voedselbossen. Ze schrijft er boeken en artikelen over en geeft cursussen, consulten en rondleidingen in haar tuin van 1.000 vierkante meter. Meer info: tuinsmakelijk.nl