Hoe kweek ik knolvenkel?

Hoe kweek ik knolvenkel?

Knolvenkel heeft een sterke anijsachtige smaak, rauw is ze lekker in salades maar ook gekookt, gestoofd, in soepen en sauzen is ze erg lekker. En je hoeft niet alleen de bol (knolvenkel) te oogsten, ook de frisgroene heel fijn geveerde blaadjes zijn als kruid eetbaar. En mocht je te laat zijn met oogsten en gaat de plant bloeien, laat haar dan vooral staan en oogst na de bloei de zaden, die kun je gebruiken in marinades, curry en thee. Zaai de venkel in maart, juni of in september/oktober.

Wanneer zaai ik knolvenkel?

Zaai venkel vrij vroeg of juist vrij laat, planten die midden in de zomer groeien kunnen heel makkelijk en snel doorschieten. Zaai ze daarom in maart, of anders in juni of begin juli. Vroeg gezaaide knolvenkel kun je oogsten in juni, dus vlak voor de warmste maand, en laat gezaaide knolvenkel oogst je juist erna, in september/oktober.

Waar zaai ik knolvenkel?

Je kunt venkel in de volle grond zaaien maar in een potje voorzaaien gaat ook heel goed. In het voorjaar kun je de zaaisels op een onverwarmde slaapkamer in een licht en zonnig raamkozijn zetten, de knolvenkel die je in juni of juli zaait kun je beter gelijk buiten zetten voor de kieming. Als plant houdt knolvenkel van een zonnige of halfbeschaduwde plaats, ze houdt van een grond die luchtig en altijd goed vochtig is (in droge grond is er een snellere kans op doorschieten). 

Hoe ga je te werk? 

  1. Zaai 2 tot 3 zaadjes per potje voor.
  2. Gebruik daarvoor potgrond die je luchtiger maakt door er een vijfde deel grof zand door te mengen, of gebruik zaai- en stekgrond.
  3. Dek de zaadjes af met maximaal 0,5 centimeter grof zand of potgrond/zandmengsel. 
  4. De zaden kiemen, mede afhankelijk van de temperatuur, binnen 1 tot 2,5 week. 
  5. Als de zaailingen ongeveer 3 centimeter groot zijn kun je de minst gezonde zaailing(en) weghalen zodat 1 zaailing (de grootste en sterkste) overblijft.
  6. Je kunt dat doen door de zaailingen die je weg wilt halen tussen duim en vinger zo dicht mogelijk bij de grond af te knijpen, maar makkelijker is het nog om met een nagelschaartje de zaailingen die je niet wilt houden weg te knippen. 

Verzorging van knolvenkel

Geef de zaailingen regelmatig water, ze mogen natuurlijk niet kletsnat staan, maar uitdrogen zorgt ervoor dat de planten later snel doorschieten, nog voor ze een goede knolvenkel hebben kunnen maken.
Als de zaailingen ongeveer 4 centimeter groot zijn kun je ze uitplanten in de volle grond. 
Zorg voor een minimale afstand van 15 tot 20 centimeter tussen 2 zaailingen. 

Voeding

Knolvenkel heeft een gemiddelde hoeveelheid voeding nodig, in de volle grond geef je ongeveer 2 weken voor je de zaailingen uit gaat planten wat algemene moestuinvoeding met bij voorkeur wat extra kali (voor een goede ontwikkeling van de knolvenkel), volgens de aanwijzingen op de verpakking. 
Je kunt knolvenkel ook in een pot telen maar dat is minder gemakkelijk; zoals gezegd wil knolvenkel niet uitdrogen want dan gaat ze snel doorschieten, en door de warmte van de pot gebeurt dat toch makkelijker dan in de volle grond. Telen in de volle grond heeft daarom altijd de voorkeur, geef dan natuurlijk wel ook regelmatig water als het niet regent.

Oogst van knolvenkel

De knolvenkel ligt bijna helemaal boven de grond, je kunt dus heel goed zien wanneer je haar goed en groot genoeg vindt om te oogsten en te eten, en dat is dan wanneer de bol zo’n 10 centimeter groot is. Je kunt de knolvenkel heel makkelijk aan het loof uit de grond trekken. Snijd na de oogst direct het groene loof van de knolvenkel af. Je kunt de afgesneden stengels met blad in een glas water zetten (dan blijven de stengels zeker wel 2 dagen fris en knapperig), en vervolgens dus ook nog gebruiken als eetbare garnering in soepen, sauzen, marinades, etc. Eet de bol zelf zo vers mogelijk, maar zo zonder stengels en blad blijft ze ook nog wel maximaal 2 of 3 dagen goed in de koelkast. 

Tekst en beeld: Diana Stek

Meer in deze categorie