De reizende bollenkraam kende ik eigenlijk al vanuit mijn jeugd, mijn vader teelde bloembollen voor een familie uit Rijnsburg, dit had alles te maken met de ‘’teeltvergunning’’. Een vergunning om aantal hectares tulpenbollen te mogen telen, maar waarbij door tekort aan aantal eigen hectares beschikbaar voor tulpenteelt, gezocht werd naar vers tulpenland ergens anders, mijn vader teelde de tulpen voor de vergunninghouder. Na afschaffing van de teeltvergunning bouwde mijn vader zijn eigen tulpenkraam op.
Rond de jaren zestig vertrokken o.a. vanuit West-Friesland tulpenbouwers naar: Brazilië, de Noordoostpolder en Flevoland en nog later naar Nieuw-Zeeland. Vertrek had vooral te maken met aantal hectares benodigd voor alsmaar groter wordende vraag naar aantallen bollen nodig voor het in bloem trekken van vooral tulpen: tulpenbroei. Het voordeel van tulpenteelt in Nieuw-Zeeland de tegenovergestelde seizoenen.
Dikke kans dus dat de tulpen uit Nieuw-Zeeland op de tentoonstelling in Singapore toch van Hollandse bron/kweker kwamen.
Site: Nederland in cijfers, leuke site met aantal hectares per gemeente, doormiddel van stippen aangegeven op kaart van Nederland.
https://longreads.cbs.nl/nederland-in-cijfers-2020/welke-bloembollen-telen-we-het-meest/
En nog verder uitgesplitst op:
https://www.boerenbusiness.nl/top5/artikel/10863215/waar-groeien-eigenlijk-de-meeste-tulpenbollen