Je tuin als voedselstruweel

Je tuin als voedselstruweel

Een voedselbos in een kleine tuin, dat gaat niet. Maar het nabootsen ervan kan wel degelijk, stelt Iris Veltman. Je krijgt dan een voedselstruweel. De tuinontwerpster legt uit wat dat is en hoe je je eigen tuin kunt omtoveren tot een juweel van een struweel!

Je stapt door de achterdeur en de stad om je heen verdwijnt naar de achtergrond. Je staat in een klein stukje natuur, de planten schermen je af van ramen en gevels. Geluiden van verkeer en buren vervagen, vogels zingen en de wind ritselt door de bladeren. Boven je hoofd hangen bessen die je zo in je mond stopt en rond je voeten groeit blad voor in de soep. Dat is hoe het voelt als ik mijn achtertuin in stap. Er komt geen schoffel of zaaitray aan te pas. Ik plantte één keer en sindsdien redt de beplanting zichzelf.

Tekst en illustraties Iris Veltman
Uit: Groei & Bloei maart 2023

Voedselbos 

Mijn tuin ontwierp ik naar het idee van een voedselbos. Daarin boots je de lagen van een bos na met vooral eetbare planten. Alles is meerjarig of
zaait zich uit en vraagt dus weinig werk. De lagen overlappen elkaar verticaal, waardoor je meer oogst uit een vierkante meter haalt. Voedselbossen
zijn bovendien een duurzame vorm van voedsel verbouwen. Ze slaan koolstofdioxide op in de bodem en voorkomen wateroverlast en erosie. Boots
een bos na en de planten doen zélf het werk.

'Voedselbos' voor een kleine tuin

Helaas past een voedselbos niet in een kleine tuin. Zo’n bos heeft ruimte nodig en de buren zullen het je niet in dank afnemen als je een grote boom
neerzet, laat staan meerdere. Nu is mijn achtertuin slechts 66 vierkante meter groot. Ik ontwierp deze dus wel als voedselbos en zo voelt het ook,
maar het is géén voedselbos. In plaats daarvan bootste ik de voorloper van een bos na. Ieder landschap wordt uiteindelijk een bos als je het lang
genoeg de tijd geeft. Voordat bomen de lucht in groeien, domineren de struiken. Dat stadium vóór een bos heet struweel. Het is een kluit dicht
struikgewas, de bosrand naast een wandelpad, de struiken rond een open plek. En die struiken passen wél in een kleine tuin. Mijn achtertuin is
dan ook geen voedselbos, het is een voedselstruweel.

Beschutting door struiken

Iedere natuurlijke vegetatie is opgebouwd uit lagen. In bossen is die gelaagdheid het grootst. Goede tweede is een struweel. In plaats van bomen vormen grote struiken hier de kroon. Onder hen groeien kleinere struiken en aan hun voeten vaste planten en bodembedekkers.

Tegen de stammen klauteren klimplanten omhoog. In veel struwelen zie je zelfs jonge bomen, die opgroeien in de beschutting van de struiken. Die beschutting is waarom deze planten samen groeien. De struiken filteren wind; zo zijn de planten in een struweel minder aan weer onderhevig dan planten in een open veld. Er verdampt minder vocht en bloemen bevriezen niet zo snel in een koude wind. Sommige planten houden van schaduw of zoeken een klimrek, wat ze vinden tussen de struiken. Een struweel is ook een crèche voor jonge bomen: ze groeien beschut en een hongerig hert kan er niet bij. Als je de lagen van een struweel naar je tuin kopieert is het er zachter vertoeven, voor jou en je planten. Ze overlappen elkaar en maken optimaal gebruik van de ruimte. En ze produceren samen steeds meer voedsel, voor zichzelf én voor jou.

Wil je weten welke planten je in elke laag van het struweel kunt neerzetten, kijk dan hier.

Zelfversterkend

Een struweel bouwt snel steeds meer voedsel op, omdat de lagen samen plantenresten vasthouden. Alle blaadjes en takjes die ze laten vallen raken verstrikt in hun voeten. In een struweel waaien of spoelen die resten amper weg en vormen dus een permanente laag op de bodem. Er leeft van alles van die plantenresten, zoals schimmels, insecten, mijten, pissebedden, wormen, aaltjes, slakken en bacteriën. Ze verteren de plantresten tot donkere aarde. Voedsel dat in die resten zat opgeslagen, komt zo weer vrij en voedt opnieuw de planten.

Het meeste bodemleven beschermt planten bovendien tegen ziektes en vraat. Een voorbeeld is de Trichodermaschimmel, die de groei van honingzwammen kan stoppen. Andere schimmels en bacteriën zorgen weer voor betere wateren voedselhuishouding bij de planten en niet alle mijten en aaltjes zijn schadelijk voor je planten. Veel eten juist de schadelijke soorten.

Perfecte bodem

Een struweel (of bos) levert meer plantenresten dan het bodemleven kan verteren. Stel je voor dat je bij een rijk gedekte buffettafel staat; dan kies je waarschijnlijk de lekkerste hapjes. Dat is precies wat het bodemleven ook doet. Bodemleven verteert wat makkelijk afbreekbaar is en wat achterblijft is donkere, korrelige aarde: humus. Omdat er weinig erosie is, bouwt de voedselvoorraad zich in bossen en struwelen snel op. Zo houden struwelen dus zelf hun perfecte bodem in stand. Humus absorbeert water als het vochtig is en geeft dat af bij droog weer, waardoor de planten daar minder last van hebben. Mijn tuin ligt bijvoorbeeld op duinzand, dat van zichzelf erg droog is. Toch hoef ik nooit water te geven dankzij alle humus in mijn bodem. En omdat voedsel met water meebeweegt is mijn voedselstruweel heel voedselrijk geworden.

Meer weten over aanleg en onderhoud voedselstruwelen?

Wil je meer lezen over hoe Iris de struwelen ontwerpt en onderhoudt? Hoe zij altijd een linde, beuk of meidoorn opneemt in het ontwerp en hoe zij ook tijdens de eerste jaren de tuin al aanzien geeft? Lees dan het hele artikel in Groei & Bloei maart 2023 of bestel het boek van Iris!

Tuinlogica

Van je tuin een lustoord maken op een slimme, klimaatbestendige manier. Dat is waar Tuinlogica je bij helpt. Uitgangspunt van Iris Veltman in dit boek is de natuur het werk laten doen; door de natuurlijke processen zo goed mogelijk na te bootsen, krijg je een sterke, veerkrachtigemakkelijk te onderhouden tuin. Daarbij staan vier thema’s centraal in dit boek: biodiversiteit, water, beplanting en tuingeluk.